jouffr(ouwe) lijsbeth van loppoengnen/ It(em) van alsulker aenspraeken alse jehanne van cheremont gedaen heeft voe(r) meye(r)/ en(de) scepen(en) van loeven(en) tot jouffr(ouwe) lijsbetthen van loppoe(n)gnen van alrehanden stucken/ en(de) div(er)sen p(ar)chelen van haven van bedden gelde van bote(re)n kese van cappuynen/ van wollen en(de) lijnenlaken zeke(re)n absolucien en(de) oic van zeven psalmen te lesen (et)c(etera)/ Hevet tvo(n)nisse der scepen(en) van loeven(en) gewijst na ae(n)sprake en(de) v(er)andwerden (et)c(etera)/ dat de voirs(creven) jouffr(ouwe) lijsbeth gestaen sal met alsulk(er) eed als zij d(aer)af gedaen/ heeft cor(am) lomb(ar)t abs(oloens) pynnock vynck voshem (et)c(etera)? febr(uarii) xv