SAL8132, Akte: R°239.5-V°239.1 (416 van 490)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°239.5-V°239.1  
Act
Datum: 1462-04-27

Transcriptie

2018-01-03 door Kristiaan Magnus
Nae dien dat voe(r) den raide vand(er) stad come(n) sijn barble van testelt/
wettighe docht(er) jannes van testelt die hij hadde van marie(n) sijnre huysvrouwe(n)/
met willeme vander roest hue(re)n man in deen zijde ende lijsbeth huysvrouwe/
wout(er)s van ov(er)beke en(de) gheertruyt van ov(er)beke sust(er)s des voirs(creven) wout(er)s ende/
huysvrouwe michiels loenkens in dande(er) zijde als van gheschille die sij/
underlinghe hadden vande(n) houden(en) van grietken na(tur)lick docht(er) symoens van/
ov(er)beke dair elck p(ar)tije reden(en) toe alligeerde o(m)me vande(n) houden(en) vande(n) selven/
kynde onghehouden te zijne ende nae dien dat elck p(ar)tije al ghealligeert/
heeft des hier ten verdragen(en) van dien hadde moghen dienen
//
Soe es der stad goetduncken gheweest dat de voirs(creven) barble ende/
huer man t(er) eenre zijde(n) voir deen helicht ende dande(r) twee vrouwe(n)/
voir dand(er) helicht tvoirs(creven) kint houden zullen tott(er) tijt toe dat de stad/
dair op naerd(er) versien heeft act(um) in pleno consilio april(is) xxvii
Nagekeken doorKarel Embrechts
ModeratorKarel Embrechts
Laatste update:: 2017-05-10 door Xavier Delacourt