SAL7337, Akte: R°334.5-V°334.1 (460 van 572)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°334.5-V°334.1  
Act
Datum: 1443-04-05

Transcriptie

2022-11-02 door Kristiaan Magnus
It(em) henric pet(er)s arnt vand(er) voert [en(de)] (christ)iaen van dyels alle van gheele/
in p(rese)ncia hebben genomen en(de) bekent dat zij genomen hebben van meeste(re)n/
vrancke(n) van kersbeke [renu(n)cierende (et)c(etera)] de lande beemde(n) tsijze en(de) renten toebeho(r)ende der/
capelrien van sente dympne(n) buyten koers van gheele gelegen met alder/
toebehoirten te houden en(de) te hebben van halfm(er)te lestleden ene(n) t(er)mijn van/
drie ja(r)en lang v(er)volghende elx jairs dae(re)n bynnen o(m)me xviii guld(en)/
pe(n)ningen geheten pet(er)s d(er) mu(n)ten ons gened(ichs) he(re)n oft de weerde d(aer) af alle ja(r)e/
tons(er) vrouwe(n) dage liechtmisse te betalen den voirs(creven) t(er)mijn due(re)nde en(de) telken/
t(er)mine als v(er)volghde schout It(em) es vorw(er)de dat de voirs(creven) drie p(er)sone(n) s(ullen)?/
doen doen alsulken diensten en(de) laste(n) alse [tot] der voirs(creven) capelrien behoiren en(de) oic beta(len)?/
ten gewoenlike(n) tide(n) [betalen alsulken chijs] alse de selve capelrie sculdich is alsoe dat mids gebreke/
van betalinge de voirs(creven) meest(er) vranc oft sijn capelrie voirs(creven) dair o(m)me niet/
geschedicht oft gepraemt en worde Oic eest vorwerde da waert/
dat sake dat tgars dat jairlix wassen sal op te voirs(creven) beemde der voirscr(even)
//
capelrien toebeho(r)ende verdroncken zo dat de ghene die d(aer) omtrent en(de)/
aen gelegen sijn niet en consten ghehoyen soe sal dat den voirs(creven) drie/
p(er)sone afslach doen aen de voirs(creven) so(m)me alsoe vele als die jairlix soude(n)/
mogen gelden in hueringen en(de) oft de ghene die omtrent vanden/
voirs(creven) beemden gelegen sijn hue(r) gars hoyden en(de) de voirs(creven) drie p(er)sone(n)/
niet en wouden hoyen soe selen de voirs(creven) p(er)sone(n) gehouden sijn betalinge/
te doen gelijc voirs(creven) steet Waert oic alsoe dat de selve drie p(er)sone(n)/
den chijs en(de) renten der voirs(creven) capelrien toebeho(r)ende niet gecrigen/
en consten soe selen zij dat den voirs(creven) meest(ere)n vrancken condigen ende/
laten weten te dien eynde dat hij [zij] dien chijs en(de) renten v(er)volgen moge(n)/
op sine(n) coste [des voirs(creven) meest(er) vranx] op de ghene en(de) hue(r) goede die dien sculdich zijn py(n)noc/
opp(endorp) ap(ri)lis qui(n)ta
Nagekeken doorMarika Ceunen
ModeratorGreet Stevens
Laatste update:: 2013-03-07 door Inge Moris