It(em) de voirs(creven) reyne(re) vande(n) hove heeft geloeft den voirs(creven) janne meest(er) jans/ en(de) sijn goede voirg(eruert) van nu voirtaen co(m)merloes te houden en(de) tontheffen/ van alsulken sesse gulden pe(n)ningen gehete(n) pet(er)s d(er) mu(n)te(n) ons gened(ichs) he(re)n/ des h(er)togen (et)c(etera) lijfpensien de welke symoen vander bae(re)n op de voirscr(even)/ goede heeft en(de) houden(de) es ende de selve sesse pet(er)s aen den voirs(creven)/ symoen lossen en(de) afquiten van vastelavo(n)t neestcomen(de) bynnen ene(n) jae(re)/ dair neestvolgen(de) alsoe dat de voirg(eruerde) goede des voirs(creven) jans d(aer) af vry/ en(de) quite sijn mogen en(de) [tot ewigen dagen] ongehouden bliven cor(am) eisd(em)