SAL7345, Akte: V°110.4 (192 van 627)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte V°110.4  
Act
Datum: 1451-10-30

Transcriptie

2018-06-03 door Chris Picard
It(em) want brueder robbeert vande(n) putte con(ver)s des goidsh(uys) van meghde(n)dale/
bij oplynter als geleyt tot allen den haefliken goeden m(er)ten m(er)tens/
op heden hadde doen insc(ri)ven den selve(n) m(er)ten om dat hij ongebr(uyc)/
dede aen alle de selve goede ende de selve m(er)te(n) niet come(n) en is/
Soe w(er)t gewijst biden he(re)n tscepen(en) van loeve(n) t(er) manisse(n) smeyers/
datme(n) den voirs(creven) brueder robbeert houden soude in sijne(n) beleyde/
alsoe v(er)re alst noch voe(r) scepen(en) come(n) is p(rese)nt(ibus) o(mn)ib(us) scab(inis) oct(obris) penult(ima)
Nagekeken doorkristiaan magnus
Moderatorkristiaan magnus
Laatste update:: 2016-03-01 door Jos Jonckheer