Item vanden gescille opverstaen tusschen yden vander stoct/ weduwe vranx wilen van vaelbeke met janne vander/ paelt hue(re)n naman in deen zijde en(de) pauwels loenkens/ met lijsbetten van vaelbeke zijnen wijve dochter des/ vors(creven) wilen vranx en(de) ydens in dande(re) om e(n)nige goede/ oft renten die de selve pauwel loenkens en(de) zijn/ wijf vanden vors(creven) janne en(de) zijnen wijve yesschen over/ te hebben gemerct dat zij noeyt heylic goet gehadt en/ hadden Sijn de voirs(creven) twee p(ar)tien met malcande(re)n bij/ tusschen spreken van vrienden eensworden der pointe hier/ na verclaert om die stat te grypen en(de) deen den ande(re)n/ tonderhouden en(de) te voldoen also lange de vors(creven) yde de/ moeder leven sal zonder dat de vors(creven) pauwel loenkens/ oft zijn wijf der selver moeder hue(re)n leefdach lanc van/ e(n)nigen ande(re)n goeden selve [selen] mogen eysschen oft aenspreken/ Behoudelic des selfs pauwels loenkens wijve en(de)/ elcken vanden ande(re)n kynde(re)n der selver yden na hue(re)r/ moeder doot hue(re)n lantrechte Te weten(e) inden/ yersten dat de vors(creven) pauwel loenkens en(de) zijn wijff/ ter stont overhebben zullen en(de) aenveerden op she(re)n/ chijs en(de) vijf pl(a)c(ken) payments tsjars de banc int/ vleeschuys die peter meerman en(de) gielis vand(en)/ meernartshoven in hueringen houden gelegen inde/ yerste rijde ten peerdeken weert behoudelic den selven/ ii p(er)sonen hue(re)r hueringen tot vastenavonde naestcomen(de)/ opte betalinge vand(er) hue(re)n den vors(creven) pauwele en(de)/ zijnen wijve als dan dair af te voldoen Item dat/ zij noch ter stont insgelix hebben en(de) aenverden zullen/ vijf rijns guld(en) erflic aen en(de) op ii huyse gelegen inde/ penstrate die claus bone houden(de) is en(de) die geheele/ renten van dien heffen voir den yersten termijn te/ kersmesse naestcomen(de) bij also dat pauwel en(de) zijn
//
wijf ofts noet zij van hue(re)n rechte dat zij mochten hebben/ inde proprieteit vanden gronde vertijden sullen opte rente voirs(creven)/ en(de) behoudelic in desen dat de selve pauwel noch zijn wijff/ de vors(creven) banc opde vors oft de vijf r(ijns) gul(den) niet en zullen moge(n) vercopen/ noch belasten d(er) moed(er) leefdage lanc en(de) oft tvoirs(creven) huys niet goetgenoech/ en wae(re) omde vors(creven) vijf r(ijns) gul(den) mette(n) coste die d(air) op int v(er)volge(n) soude/ mogen lope(n) te verstringen mits oude(re)n co(m)mer d(air) uutgaen(de) oft and(er)s sulle(n)/ de vors(creven) jan en(de) zijn wijf hen warant sijn vand(en) selven v r(ijns) gul(den) d(er) moed(er)/ leefdage lanc Item dat de vors(creven) pauwel en(de) sijn wijf ter stont aenverde(n)/ sullen tot des vors(creven) is tderdel van eene(n) rijd(er) te xxv st(uvers) erflic aen en(de) op/ een hofstat inde penstrate die wout(er) pynnoc d(air) op erflic genome(n) heeft/ en(de) des selen de selve pauwel en(de) zijn wijf met ka(tlij)[ne(n)] hue(re)r sust(er) de gue/ dinge vand(en) gronde doen en(de) vand(en) rechte d(er) erflich(eit) geloven genoech te/ doen en(de) de vors(creven) jan en(de) sijn wijf sullen d(air) inne v(er)vangen janne brued(er) d(er)/ vors(creven) gesuste(re)n ond(er) sijn dage zijnde en(de) gelove(n) vand(er) tocht genoech te doen/ Item sullen de vors(creven) jan en(de) sijn wijf den vors(creven) pauwele en(de) zijne(n) wijve/ ov(er)geven ii bedden d(air) af de vors(creven) pauwel deen vormaels gehadt heeft/ met twee koetsen twee sargien en(de) twee par slapelaken(en) vertich ellen/ vlessen lijnens garens lakens om slapelaken(en) d(air) af te make(n) twee/ oirkussen(en) eene halve dossijne sittekussen(en) drie amelaken(en) vijf ellen/ swerts vullenlakens ter falien en(de) vijf ellen wullen lakens tot/ eene(n) tabbarde van sulker weerden als pauwels wijve gelieve(n) sal/ en(de) tot dien thien r(ijns) gul(den) eens dair af de iiii sulle(n) worden/ bekeert int lossen van eene(n) tabbarde des vors(creven) pauwels huysvruwe/ die claus bone onder heeft Item datmen tvliegen(de) erve dat/ vranc wilen van vaelbeke achterliet en(de) d(air) af dat de vors(creven) yde de moed(er)/ hue(r) vercleren sal bescriven sal en(de) inventarieren en(de) dair af/ elcken vanden vors(creven) kynde(re)n genen copie ten coste vanden kynde(re)n/ dient begev(en) bynnen eender maent naestcomen(de) Item dat de/ brieve aengaen(de) den erfgoed(en) en(de) rente(n) vors(creven) en(de) va(n) allen ande(re)n goeden/ en(de) rente(n) die naden vors(creven) wilen vrancken bleve(n) sijn sullen bynnen/ eend(er) maent bijd(er) vors(creven) yden geinventarieert wordden en(de) datmen/ die setten sal ond(er) scep(enen) va(n) lov(en) tot behoef d(er) vors(creven) yden hue(re)n leefdach/ lanc dier te gebruyken oft sijs behoefde te hue(re)r tocht en(de) na hue(r)/ doot tot behoef d(er) vors(creven) kynde(re)n elcken tot zijne(n) rechte Behoudelic/ in allen desen oft de vors(creven) yde wettige nageborte crege dat die op hue(r) recht/ sullen bliven in hue(re)n moed(er) goede en(de) in vranx wilen van vaelbeke goede/ bijd(er) vors(creven) yden gecregen Welcke pointen en(de) articlen voirs(creven) de voirscr(even)/ p(ar)tien in allen sijden gelooft hebben malcande(re)n te voldoene tot eeu/ wegen dagen lud(ovico) roelofs berthem julii v