Item in meerder vesticheit d(er) vors(creven) jairlixsche erfrente/ hebben de vors(creven) p(er)sone d(er) vors(creven) vruwe katlijnen met/ jaspe(re)n claes vorste(r) te loven(en) pantsgewise in handen/ met rechte gesedt de juweelen hier na bescreve(n)/ Te weten(e) inden yersten een dossijne silve(r) schalen/ wegen(de) tsamen vijfthien merck Item een dossijne/ schalen weghen(de) achthien merc Item twee groete/ selve(r) kannen en(de) eenen overdecten verguld(en) croes/ wegen(de) tsamen met twee selve(re)n waterpotten derthien/ merc drie onchen Item twee waterbecken(en) en(de)/ een dossijne platteschalen wegen tsamen seventhien/ merc drie onchen Item drie hoeghe cannen/ wegen(de) tsamen vierthien merc sesse onchen/ Item eenen vergulden(en) overdecten croes eenen/ witten croes de borde vergult met sesse croesen/ dair inne en(de) twelf lepelen wegen(de) tsamen/ met eender halver dossijnen cleynder croese/ elf merc en(de) sesse onchen al troys gewichte/ Met condicien soe wanneer de vors(creven) rente/ afgequeten sal zijn met vold(er) rente(n) datme(n) dan/ den selven p(er)sonen de vors(creven) gesette juweelen/ wedero(m)me also die vorstaen restitue(re)n sal Es
//
oic bevorweert dat in afleggen d(er) voirs(creven) renten de/ vors(creven) p(er)sone sullen mogen leggen achten(de)tachtentich/ will(el)mus scilde altijt met twee stuvers op elken/ will(el)mus scilt en(de) reken(en) dair voir also menighe/ crone te xxiiii st(uvers) tstuc als boven eisd(em)