SAL7370, Akte: R°117.1-V°117.1 (248 van 620)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°117.1-V°117.1  
Act
Datum: 1476-10-26

Transcriptie

2016-11-29 door kristiaan magnus
Vanden gedinghe dat ghehanghen heeft voir meye(r) en(de)/
scepen(en) van loven(en) inde banck tusschen vrancken va(n)d(en) wij(n)g(ar)de/
aenlegghe(r) in deen zijde ende janne laur(eys) v(er)weerde(r) in dande(re)/
alse vande(n) huyse met zijnder toebeh(oirten) geheete(n) de drie/
haringhe gelege(n) opde vischm(er)ct te loven(en) naest de(n) huyse/
geheete(n) den blauwe(n) steen welc huys de voirscr(even) vra(n)cke/
als wettich brueder en(de) erfgenaem ph(ilip)s wile(n) vande(n) wijng(ar)de/
aensprack seggen(de) dat de selve wile(n) ph(ilip)s dat in zijne(n) leven(en)/
hielt ende besat als zijn erve ende was alsoe gesuccedert/
op hem als opden rechte(n) oir V(er)socht d(aer)om dat de voirs(creven) jan/
laur(eys) die hande d(aer)aen hadde hem dat ombelet liet volghen/
hopen(de) dat hijt van rechts wege(n) sculdich wae(re) va(n) te doene/
D(aer)op de voirscr(even) jan hem v(er)antweerden(de) hoepte dat hij inde/
possessie vanden voirs(creven) huyse mette(n) toebeh(oirten) blive(n) soude en(de)/
sculdich wae(re) te blive(n) Want hij boodt te thoene(n) dat hij/
guedinge vande(n) selve(n) huyse hadde vand(er) wed(uwe) des voirscr(even)/
wile(n) ph(ilip)s die noch livich en(de) leven(de) was Sustine(re)nde dat/
hem die (con)clusie toegewijst soude werde(n) oft de voirs(creven) vra(n)cke/
soude bethoene(n) dat de selve wed(uwe) aflivich wae(re) worde(n) Va(n)d(en)/
welke(n) de voirs(creven) vrancke hielt de (contra)rie en(de) seyde woude/
de voirs(creven) jan hem foude(re)n om de voirs(creven) goede met zijne(n)/
br(ieve) hue(r) leefdage te behoude(n) dat hij den selve(n) zijnen/
br(ieve) te bate(n) comende thoene(n) soude dat zij livich en(de) leven(de)/
wae(re) met meer redenen die te beyde(n) zijden va(n) p(ar)tien/
elc tenderen(de) ter voirs(creven) geluften werden gesegt Dair/
inden uuyt(er)sten en(de) voe(r) den vo(n)nisse de voirs(creven) vrancke/
p(rese)nteerde goede caucie te setten(e) die d(er) wet ghenoech/
soude duncken oftmen namaels bevonde dat de voirs(creven)/
wed(uwe) noch leefde te restitue(re)n dan des hij vande(n) voirs(creven)/
hadde getogen ende de voirscr(even) jan p(rese)nteerde oick de/
prouffite(n) d(er) voirs(creven) goede voirtaen te setten opden wissel/
tot hij vanden leven(en) der voirs(creven) weduwen bewijs hadde gedae(n)/
Hopen(de) elc met hue(re)r p(rese)ntacien te gestane soe was gewijst/
ten uuytersten bij scepen(en) van loven(en) ter manissen smeyers
//
dat den voirscreven(en) opde p(rese)ntacie bij hem gedaen de voirscr(even)/
goede volghen souden totter tijt de voirscr(even) jan bewijsen/
soude connen dat de voirscr(even) weduwe noch livich ende/
leven(de) wae(re) in scampno octobr(is) xxvi
Nagekeken doorChris Picard
ModeratorChris Picard
Laatste update:: 2016-09-26 door kristiaan magnus