SAL7376, Akte: R°69.2-V°69.1 (156 van 754)
Zoek akte
Vorige | Volgende
Akte R°69.2-V°69.1  
Act
Datum: 1482-08-26

Transcriptie

2020-02-10 door  Marie-Bernadette Desmedt
Vanden geschille dat voe(r) den raide vander stadt op heden comen es/
tusschen ro(m)boute willemair amelrijke vander coevoirt pete(re)n de/
naen en(de) hubrechte h(er)tshals als geswoiren(en) vand(en) vleeschuyse ter/
eender die aldair ontboden wa(r)en bij katlijne(n) machiels weerdy(n)ne/
henr(icx) machiels ter ande(r) zijden aldair de geswoiren(en) voirs(creven) begheerden/
te weten(e) vand(er) selver katlijne(n) wair o(m)me zij hen ontboden hadde/
aldair zij te ky(n)nen gaf hoe dat de geswoiren(en) voirs(creven) huer pensen/
die zij tegen e(n)nige vleeschouwe(re)n va(n) buten der stadt int a(m)bacht/
niet wesen(de) die alhier opten vrien mae(n)dach metten vleesche/
comen wa(r)en gecocht hadde die zij te hue(re)nt thuys insdeels/
hadde laten staen gecale(n)geert hadden tegen reden(en) en(de) recht/
soe zij seyde En(de) ten ande(re)n male soe hadden zij huer oic v(er)boden/
te vercoepen(e) vanden selven pensen tegen de buten vleeschouwe(re)n/
gecocht en(de) tgoet doen calenge(re)n dwelck zij ter plaetsen vand(en)/
buyten vleesche huer hadde pijnen te v(er)coepen(e) hopen(de) dat/
zij dat tonrechte gedaen hadde en(de) alsoe niet en behoirde nae/
der ordina(n)cien d(air)van gemaect vanden bute(n) vleesche en(de) oic wa(n)t/
zij huer dagelijcx metten pensen geneerde en(de) alsoe vercoepen/
mochte dairt huer geliefde dair tegen de geswoiren(en) voirs(creven)/
hielden de co(n)trarie sustine(re)nde nae de selve ordina(n)cie dat/
zij dat niet doen en mochte ter plaetsen vand(en) bute(n) vleesche/
want zij een ingeseten(e) was en(de) alsoe niet en betaemde nae/
der selver ordinan(cie) noch oic e(n)nige buten pensen bij huers/
selfs pensen te setten(e) inde penstrate die zij in meyni(n)gen was
//
soe zij selve kinde ter plaetsen vanden buten vleesche te/
vercoepen(e) gemerct gelijc voirs(creven) steet dat dat den ingeseten(e)/
niet geoirlooft en wa(r)e te dier plaetsen neringe te doen(e)/
dwelck oick grootelijc gedragen soude tegen de vriheyt/
vanden selven a(m)bachte en(de) souden alle ingeseten(en) vanden/
geliken moegen doen dwelck alsoe niet en behoirde hopen(de)/
dat zij tgoet met goeder reden(en) gecalengeert hadden nae der/
ordina(n)cien voirs(creven) en(de) dat tselve verbuert soude wesen ten/
exemple va(n) ande(re)n En(de) soe is nae dien dat p(ar)tien int/
lange gehoirt zijn geweest en(de) de voirs(creven) ordina(n)cie oic voir/
ooghen geleet den selven uutgesproken en(de) get(er)mineert bijden/
raide vander stadt dat tvoirs(creven) goet der voirs(creven) katlijnen/
toebehoiren(de) met goeder reden(en) es gecalengeert en(de) tselve voir/
verbuert gewesen in co(n)silio opidi aug(usti) xxvi
Nagekeken doorJos Jonckheer
ModeratorJos Jonckheer
Laatste update:: 2016-11-09 door Xavier Delacourt