Alzoe aelbrecht conincx woonen(de) binne(n) de / antwerpe(n) als aen(legge)re alhier voe(r) de(n) rade / deser stadt in rechte geroepe(n) heeft merte(n) / peeterma(n)s als v(erweerde)re en(de) de(n) selve(n) geeijscht de / so(m)me van xxii r(ijnsgulden) en(de) xvi s(tuijvers) vlae(m)s ter sake(n) van / v(er)cochte en(de) geleverde huijde(n) mette(n) haere / is ind(en) zelve(n) sake soe verre gep(ro)cedeert / geweest dat bijde(n) zelve(n) raede geordineert / zijn zekere co(m)missarise(n) om p(ar)tije(n) v(oer)s(creven) soe verre / tselve doenl(ijck) waere te v(er)lijcken(e) hebbe(n) de / selve co(m)missaris(sen) op alles geleth en(de) co(n)sultatie / genome(n) hebben(de) d(aer)op te letten en(de) te co(n)siderere(n) / stont de(n) voers(creven) p(ar)tije(n) v(er)leke(n) en(de) v(er)accordeert / inder maniere(n) navolgen(de) te weten(e) dat de / voers(creven) merte(n) peeterma(n)s de(n) voers(creven) aelbrechte(n) / sconincx schuldich en(de) gehoude(n) soude zijn te / betaele(ne) bove(n) alsulcke(n) bede(n) als de voers(creven) / peeterma(n)s de(n) voers(creven) aelbrechte(n) conincx / tot antwerpe(n) in plaetse van betalinge
//
te ondergelate(n) hadde en(de) d(aer)aff de reke(n)ninge / voe(r) de voers(creven) co(m)missarise(n) met co(n)sente der / v(oer)s(creven) p(ar)tije(n) gepasseert en(de) geliquideert is de / so(m)me van ee(n) hondert en(de) twee rinsg(ulden) ee(n)s / te weten(e) de tweentwintich rinsg(ulden) d(aer)aff / op nu gereet ende de reste en(de) tachte(n)tich / rinsg(ulden) ten drije reijse(n) te weten(e) ee(n) derde(n)deel / te bamisse tii[e] derdendeel te kersmisse / en(de) het leste derdendeel te paessche(n) / al naestcomen(de) met conditie(n) soe verre de / voers(creven) merte(n) peetermans de(n) ierste(n) oft ii[e(n)] / termijn(en) liet ove(r)strijcke(n) een mae(n)t sond(er) vol / betaelt te hebben(e) dat in dije(n) gevalle / al v(er)schene(n) soude zijn en(de) de(n) selve(n) aelbrecht(en) / d(aer)aff te v(er)sekere(n) voe(r) scepen(en) van loeve(nen) / met sufficien(te) borge heeft de zelve peet(er)ma(n)s / tselve begeren(de) te effectuere(n) en(de) volbringe(n) / geloeft en(de) geloeft bij dese(n) te betaelen(e) / de(n) voers(creven) aelbrechte(n) conincx oft dactie / van hem hebben(de) de voers(creven) so(m)me van hond(er)t / en(de) twee rinsg(ulden) eens naer distinctie en(de) / te(n) termijn(en) voers(creven) tanq(uam) ass(ecu)[t(u)m] met conditie(n) zoe / verre de selve mertte(n) de(n) ierste(n) oft ii[e(n)] t(er)mijn(e) / liet ee(n) mae(n)t over strijcke(n) sond(er) als voe(r) betaelt / te hebben(e) dat in dije(n) gevalle al gevalle(n) en(de) / v(er)schene(n) zal zijn waer voe(r) hem borge geco(n)stituee(r)t / heeft als principael schuldenaer claes vand(er) / heijd(en) sone wijle(n) jasp(er)s clerck vand(er) derder / scrijfcame(r) des stadthuijs des(er) stadt tot des
//
voers(creven) is obligeren(de) submitteren(de) en(de) renu(n)cieren(de) in / forma de(n) welcke(n) de v(oer)s(creven) peeterma(n)s heeft / geloeft costelois en(de) schadelois tontheffen ende / inde(m)nere(n) cor(am) winghe malcote julii iii[a] 1573 /

de xxii rinsg(ulden) / hier geruert heeft / aelbrecht bekint / ontf(ange)n te hebben(e) / act(um) eod(em)