Item condt zij een(en) iegelijcke(n) dat nicolaes / v(er)gouwen zone wijlen geerts woone(nde) te / loeven in tegenwoerdicheijt des meijers en(de) / der scepen(en) van loeve(n) naebeschreve(n) gestae(n) / heeft uuijt crachte van seker procuratie / speciael hem gegeve(n) bij jouff(rouw)e marie pipe(n)poij / wed(uw)e abrahams van(der) vlast m(eeste)r philips de / bricquenij als ma(n) en(de) mo(m)boer va(n) jouffrauwe / cathlijne van(der) vlast henrick van(den) eede als ma(n) / en(de) momboer van jouff(rouw)e martijne van(der) vlast / allen kinderen wijle(n) der voers(chreven) gehuijssche(n) wesen(de) / de zelffve procuratie in daten des vi[e(n)] junii / xv[c] lxxi gepass(eer)t voer m(eeste)r(e)n jan(nen) van wamel / notaris en(de) zeker getuijge(n) uuijtgegeve(n) ende / bekendt midts dese(n) ten erffchijse uuijtgegeve(n) / te hebben jan(nen) tritseners al(ia)s tritsmans / zone wijlen aerts woonen(de) te clerebeke / onder houwaert die welcke voer he(m) zijn(en)
//
erffven en(de) naecomelinge(n) heeft bekindt van(den) / voers(chreven) nicolaes(en) uuijt crachte van(de) voerschreve(n) / procuratie ten erffchijse genomen te hebbene / een dachmael beempts gelege(n) onder houwaert ter / plaetsen geheete(n) stroomans tusschen de goeden / der erffgenaemen anthuenis abseloo(n)s in twee / zijden de goeden des voers(chreven) jans tritsmans / ter derder tstraecken loepen(de) naer de(n) molen va(n) / clerbeke ter vierder zijde(n) erffel(ijck) te houden / en(de) te besitten opt recht ende co(m)me(r) d(aer)tevoeren / uuijtgaen(de) te weeten opt recht shee(re) van(den) grondt / terminis debit(is) et consuet(is) p(er)solven(dum) en(de) voirts / meer op vier carolusg(ulden) te xx st(uijvers) tstuck der / munten shertogen van brabant cours ende / loop hebbende erffel(ijcke) rinte alle jaer opt(e)n / ix[e(n)] dach nove(m)bris te betaele(n) en(de) inder stadt / wissele los en(de) vrij etc(etera) oijck va(n) x[e(n)] xx[e(n)] e(nde) / alle ande(re) pen(ningen) te leveren den kindere(n) wijle(n) ja(n)s / van hove en(de) marie delemans wijle(n) gehuijssche(n) / hered(itari)[e] infuturu(m) et sub his sat(is) uuijt / crachte vande voers(chreven) p(ro)curatie(n) et war(as) ut / sup(ra) prout met conditie(n) dat de voers(creven) erffvene(n) / de voers(chreven) vier carolusg(ulden) erffel(ijck) zal moge(n) lossen / en(de) quijte(n) talle(n) tijde(n) alst hem gelieffve(n) zal tot / ee(n) oft twee malen maer niet min da(n) de hellicht / daeraff teenemale te wete(n) elcke(n) pen(ninck) d(aer)aff met / xviii gelijcke pen(ningen) en(de) met volle rente naer / gelingde vander quijtinge(n) geloven(de) voirts de / voers(chreven) erffve(n) de voers(chreven) rente jaerl(ijcx) ten tijde en(de)
//
termijn(e) voers(chreven) wel ende loffel(ijck) te betaelen en(de) / te leveren los en(de) vrij als voer quolibet assecut(um) / et tanquam prout obligan(do) et submittendo / ende om den voers(chreven) kinderen van hove te bat / te versekeren vande jaerlijxe betaelinghe / vande voerschreven erffrente heeft de v(oer)s(chreven) / jan tritseners in plaetse van wettige(n) o(n)derpa(n)de / met consente en(de) overstae(ne) des voers(chreven) meijers / v(er)obligeert en(de) verbonde(n) een stuck boschs ghe / lege(n) onder houwart boven cleerbeke groot / zijn(de) ontrint vijff dachmaelen tussche(n) de / goeden des heere(n) van(der) vorst ter eenre de / goeden der erffge(namen) pauwels hertshals ter ii[re] / en(de) de goeden des voers(chreven) opdragers ter iii[er] zijde(n) / de quo quid(em) sub pignore sat(is) et war(as) op / sheeren chijns vand(en) gronde en(de) dertich stuijvers / erffel(ijck) ae(n) cathlijn(en) hougaerts tanqua(m) prout / iure cora(m) ketelboetere winde nove(m)bris / ix[a] /

Transport van dese / vier guldens erffel(ijck) / gedae(n) bij heer / govaert peeremans / tot behoeffve van / m(eeste)r nicolaes rom / bouts staet julii / vii[a] a(nn)o 1606 in / tertia /