Item franc(hois) van(der) hage(n) wijle(n) nicolaes in p(resen)tia / heeft opgedrage(n) met behoerl(ijcke) v(er)thijeniss(e) een(en) carolusg(ulden) / te xx st(uijvers) tstuck uuijt en(de) van alsulcke(n) sesse carolusg(ulden) / erffel(ijck) hem opdrage(n) opd(en) negenste(n) des(er) mae(n)t te deele / gevalle(n) is tege(n) zijne(n) medeerffgen(aemen) opt gedeelte niclas(en) / vand(er) hage(n) zijns broeders en(de) bezunde(r) op een huijs / mette(n) hove gestae(n) alhier te loeve(n) inde biestrate / tussche(n) de goed(en) der wed(uw)e henr(icx) bourgois ter eenre / en(de) m(eeste)r claes [vacat] baerbier ter and(er)e(n) zijd(en) en(de) dat uuijt / ende van(den) drije rinsg(ulden) als de voers(creven) nicolaes van(der) hage(n) / uuijte(n) voers(creven) sesse rinsg(ulden) erffel(ijck) zal binne(n) een(en) jaere / na date van(den) voers(creven) delinge moete(n) losse(n) en(de) redminere(n) / oft bepand(en) op goede sufficie(n)te pand(en) gelege(n) onder / dbescrijve(n) van loeve(nen) naerd(er) ind(er) v(oer)s(creven) deijlinghe / gespecificeert Exp(osito) soe is d(aer)inne gegoedt en(de) / geerft te(n) erffel(ijcken) rechte anthoe(n) van velthem p(er) / mo(nitionem) et sat(is) et war(as) voer een goede onvertierde / oft o(n)beleijte rinte p(ro)ut cor(am) liekercke ketelboete(r) / julii xiii

transport van des(en) / carol(us)g(ulden) erffel(ijck) / beghinnen(de) Item / anthonis van / velthem hr? ja(nua)[rii] / iiii[a] sequen(ti)