Cond sij alle(n) lieden dat jan vand(er) putte van wercht(ere)n in jegenwordich(eyt) d(er) /scepen(en) van loeven(en) gestaen heeft gegeve(n) en(de) bekindt dat hi gegeve(n) heeft symoen/lederbijl van rotselaer zone jans wilen lederbijl thof henrix van winxele metten/huysen hoven wynnende(n) lande(n) beemde(n) en(de) euselen met allen sine(n) toebehoirte(n) /gelegen te winxele gelijc de voirs(creven) jan vanden putte de voirs(creven) goede vande(n) voirs(creven) /henrike van winxele gehoude(n) heeft te houden te hebben en(de) te wynne(n) van/nu halfm(er)te naest comende eene(n) t(er)mijn van seven jae(re)n lanc deen na dande(re) /staphands sonder middel volgende elx jaers hie(re)nbynne(n) te wete(n) de voirs(creven) /wynne(n)de lande op achten(de)veertich mudde en(de) een zist(er) rogs en(de) drie mudde/tarwen all goit en(de) een ziste(r) gruenre erwite(n) en(de) een halster raepsaeds all/goit en(de) payabel met wanne en(de) met vloghele wael bereidt d(er) mate(n) van loven/te sente andries misse apostels te betalen en(de) te loeven(en) te leve(re)n alle jae(re) den/voirs(creven) t(er)mijn duerende en(de) telke(n) t(er)mijn als vervolghde schout En(de) de voirs(creven) beemde/en(de) eeusele op thien crone(n) vrancrijs en(de) drie rijnschgulden(en) van goude goit en(de) /gheve te sente m(er)tens misse inde(n) wynter te betalen alle jae(re) den voirs(creven) t(er)mijn /duerende en(de) telke(n) t(er)mijn alse vervolghde schout Item sal de voirs(creven) symoen alle/jae(re) den voirs(creven) t(er)mijn duerende m(er)ghelen een half boenre lands vande(n) voirs(creven) lande/It(em) noch sal de voirs(creven) symoen alle jae(re) opde voirs(creven) goede sette(n) vijftich poten Ite(m)/sal hi noch leve(re)n tachtentich mandele(n) walme(re) goit en(de) cusbair o(m)me de voirs(creven) /husinge d(aer) mede te decke(n) en(de) alsme(n) daer dect dan sal de voirs(creven) symoen