Cond zij allen lieden dat jan van boenrode geheten stampart peter de/ welde gheert de smet van binswijc ende henrick bloems oic van binswijc/ in jegewoirdich(eit) der scepen(en) van loeven gestaen hebben genomen ende/ bekent dat sij genomen hebben ongesundert en(de) ongesceiden van/ he(re)n janne vynck he(re)n wille(m)me vanden berghe en(de) meeste(re)n janne/ costeciree canoncken der cap(it)len van sente peters te loeve(n) inde(n)/ name en(de) van wegen der selver cap(it)len de grote thiende van/ wiltsele te weten vanden rogge ghersten en(de) evenen gelijc tvoirs(creven)/ capittel de voirs(creven) grote thiende inde p(ro)chie van wiltsele houden(de)/ es te houden en(de) te hebben van sent jans misse baptisten naest/ voerleden enen t(er)mijn van sess jae(re)n lanc deen na dand(er) daer na/ sond(er) middel volgen(de) elx jairs dae(re)n bynne(n) voir en(de) om lxvi mudde/ rogs lxvi mudde even(en) en(de) lxvi mudde ghersten elx corens/ goet en(de) payabel alsulx als vander selver thienden comen sal d(er)/ maten van loeven te sent andries misse apostels te betalen en(de)/ te loeve(n) te leve(re)n den rentm(eeste)r vanden voirs(creven) cap(it)len alle jaire/ den voirs(creven) t(er)mijn due(re)nde en(de) telken t(er)mine als vervolghde schout/ hier af sijn borghen henrick vanden boenrode soen des voirs(creven) jans/ henr(ic) de well welde pesoen des voirs(creven) peters arnt bloems vad(er)/ des voirs(creven) henr(ix) bloems en(de) ja(n)nes van vlasselaer van wezemale/ de welke (etcetera) abs(oloens) wittema(n) januarii xiii