It(em) uuit dien dat willem strobant and(er)wile in pechtinge(n) genome(n) / heeft teghe(n) tgodshuys van corte(n)berghe thof van lynd(er)gheem de(n) / selve(n) godshuyse toebehoe(re)nde op zeke(re) so(m)me van coorne en(de) gelde en(de) / alrehande ande(re) voirw(er)de(n) condicie(n) en(de) geluefte(n) gelijc [de] scepen(en) / brieve die vand(er) voirs(creven) pechtinge(n) gemaect zijn die claerlike / begrepe(n) en(de) inhoude(n) voir welke pechti(n)ghe v des voirs(creven) willems / borghe bleve(n) es jan van bouleer gehete(n) de smet soen wilen / gheerts dien hij d(aer) af geloeft heeft inde scepen(en) brieve voirs(creven) / co(m)merloes te houde(n) en(de) tontheffe(n) en(de) om te meerd(ere) sekerheiden / den voirs(creven) ja(n)ne van bouleer vande(n) voirs(creven) ontheffen te doen de voirs(creven) / willem versocht en(de) gebede(n) heeft janne strobant sijne(n) brued(er) / dat hij de(n) voirs(creven) janne van bouleer desgelijx gelove(n) woude / vand(er) voirs(creven) borchtochte(n) co(m)merloes en(de) scadeloes te houde(n) op dat / de selve jan van bouleer d(aer) af tebat te vrede(n) en(de) bewaert / sijn mocht So eest dat de selve jan strobant come(n) es voe(r) / scepen(en) van loven(en) en heeft ob openbaerlic geloeft en(de) toe / geseeght de(n) voirs(creven) janne van bouleer dat hij hem vand(er) / voirs(creven) borchtochte(n) scadeloes en(de) co(m)mers co(m)merloes houde(n) sal en(de) / waert dat de selve jan e(n)nighe cost scade of last hadde of lede / met bedwanghe van rechte van wege(n) des voirs(creven) willems / om d(er) voirs(creven) borchtochte(n) wille dat hij hem dan ter stont die / scade cost laste wed(er) oprichte(n) en(de) betale(n) sal als vervolghde / schout Ende d(aer) af so heeft voert geloeft de voirs(creven) willem strobant / de(n) voirs(creven) janne sijne(n) brued(er) scadeloes en(de) co(m)merloes te houde(n) ende / tontheffe(n) Hier wae(re)n ov(er) wijtvliet lynthe(re) iunior des vyd vrydaighs / naden heyligen paeschdach /