It(em) woute(r) van laethem heeft verhuert en(de) bekend dat hij verhuert heeft /lodewijcken van hoelaer en(de) goirde crabbe eenen wuwer vanden /drie wuwe(re)n desselfs wout(er)s te bierbeke gelegen te weten den ned(er)sten /wuwer naest der kercken Te houden te hebben en(de) te gebruycken va(n) /nu voirtaen alsoe langhe als de voirs(creven)(creven)(creven) woute(r) leven sal en(de) niet /lang(er) Elx jaers voe(r) en(de) om drie gulden cronen d(er) mu(n)ten etc(etera) xxiiii /stuv(er)s voe(r) elke crone gerekent Alle jare te kersmesse te betalen den /voirs(creven)(creven)(creven) t(er)mijn due(re)nde en(de) telken t(er)mijne alse vervolghde schout met /vorw(er)den dat de voirs(creven)(creven)(creven) lodewijck en(de) goird met d(er) hueren voirscr(even) /jairlix zelen betalen drie cronen lijfpens(ien) alsoe langhe als zij /steet en(de) de voirs(creven)(creven)(creven) wout(er) leeft welck lijfrente de voirs(creven)(creven)(creven) lodewijck /en(de) goird vercocht hebben met scepen(en) brieven va(n) loeven ja(n)ne vand(er) /eycken zoen wilen henricks tot zeke(re)n liven gelijc de brieve dat /begripen van welk(en) lijftocht de voirs(creven)(creven)(creven) wout(er) de pe(n)ni(n)ge getogen /heeft en(de) wa(n)neer de voirs(creven)(creven)(creven) wout(er) die lijftochte afgeleeght of /bewesen heeft of dat zij verstorven es zo sal de voirs(creven)(creven)(creven) hueringe /te nyeute zijn zo v(er)re den voirs(creven)(creven)(creven) woute(re)n of den huerlingen dat /gelieft behoudelic of de selve huerlinghe den voirs(creven)(creven)(creven)(creven) wuwe(re) alsda(n) /of [oic] als de voirs(creven)(creven)(creven) wout(er) aflivich w(er)de gespijst hadden dat zij dan /dien visschen selen moegen en behoirliken tide op te hue(re) va(n) /dien jaren zond(er) argelist p(ry)ke(re) colen maii xviii