Allen den ghenen (et)c(etera) doen cont en(de) te weten(e) dat opden dach dat(um)/ van desen voir ons comen is brued(er) thomaes bessen priest(er) canonc r(e)gulir/ des godshuys vanden roedencloest(er) in zonien hebben(de) volcomen p(ro)curacie/ beseghelt bijden vors(creven) co(n)vente te moghen substitue(re)n eenen oft/ meer procur(eurs) Heeft geconstitueert gesedt volcomen macht/ procuracie en(de) auctoriteit gegeven he(re)n jacope vanden breyne/ priester alle en(de) yegewelcke saken questien en(de) gescillen als [die] tselve/ godshuys heeft uutstaen(de) oft namaels hebben sal mogen tegen oft aen/ wat p(er)sone(n) oft tot wat plaetsen dat dat zoude mogen wesen/ int gheestelike oft weerlike gerichten Alle des vors(creven) godshuys/ jargulde(n) opcomingen proffijten vervallen en(de) sculden goeden/ beruerlic en(de) omberuerlic chijsen renten erfpachten die tvors(creven)/ godshuys heeft inden lande van brabant in wat plaetsen/ dat zij Te vervolghen te vorde(re)n texequeren te manen teyssche(n)/ op te boren tontfangen dair voir te panden te dagen te beleiden/ rastemente te doen leggen die met rechte te vervolghen/ te vorde(re)n texequeren te bedingen te wynnen te verliesen/ alle scepen(en) brieve met rechte te vo(n)nissen en(de) dat texeque(re)n/ en(de) alle na gewoente vand(er) plaetsen dair dat geboren oft/ behoeve(n) sal en(de) vortaen generalic en(de) specialic p(ro)mitt(ens)/ rat(um) salvo iusto calculo sept(embris) v